Het is belangrijk dat iedereen, en met name minderjarigen en kwetsbare groepen, in een veilige omgeving kan sporten. Helaas worden we in Nederland nog te vaak opgeschrikt door verhalen over seksuele intimidatie (of erger) van kinderen rond het beoefenen van hun sport. Vragen tijdens de laatste algemene ledenvergadering en de gebeurtenissen in het Engelse voetbal maken dit weer heel actueel.
FC Medemblik is zich naar aanleiding van de tijdens de ALV gestelde vragen aan het oriënteren op de vraag of wij van alle begeleiders een VOG gaan vragen. Vooruitlopend op de mogelijke invoering van een verplichte VOG willen we duidelijk aangeven welke gedragsregels er gelden.
Het voornaamste middel om misstanden te voorkomen blijft te allen tijde de onderlinge sociale controle. Om ouders en begeleiders handvatten te geven is het aan de vereniging om gedragsregels op te stellen en om beleid te maken waar we elkaar op kunnen aanspreken. Om die reden heeft FC Medemblik besloten om de gedragsregels op haar website te publiceren en aanvullend hierop een kleedkamerbeleid te maken.
We gaan er van uit dat een ieder in staat is om ongewenst gedrag te herkennen. Doet zich een vreemde situatie voor, schroom niet en geef het door aan het bestuur c.q. de coördinatoren.
Gedragsregels voor begeleiders
FC Medemblik hanteert en onderschrijft de gedragsregels die door het NOC*NSF zijn opgesteld om ongewenst gedrag in de relatie sporter en trainer/begeleider te verkleinen. Daarnaast fungeren deze gedragsregels als toetssteen voor het gedrag van begeleiders en sporters in concrete situaties. Alle sportbonden, die zijn aangesloten bij het NOC*NSF (w.o. de KNVB en de KNGU), hebben deze gedragsregels overgenomen in hun tuchtrecht. Voor begeleiders is het belangrijk dat zij weten wat deze gedragsregels zijn en dat deze ook voor hen gelden. Daarom staan deze gedragsregels op de website van FC Medemblik en moeten alle begeleiders van de jeugd schriftelijk verklaren bekend te zijn, en akkoord te gaan, met de gedragsregels. Zij zullen hiervoor in de komende periode benaderd worden.
Kleedkamerbeleid
De kleedkamer is een plek die per definitie een veilige omgeving moet zijn. Daarom geldt het volgende omtrent wie er wel en niet in de kleedkamers mogen komen.
Jongens
Vanaf de D-pupillen (12 jaar) komen er geen ouders meer in de kleedkamer om kinderen te helpen met omkleden, verkleden en douchen. Dit geldt zowel voor, tijdens als na de wedstrijd. De coach/begeleider zullen hierbij, indien nog nodig, een helpende hand moeten bieden.
Meisjes
Bij meisjes-teams komen er tijdens het omkleden en het douchen in géén geval mannen in de kleedkamer. De meisjes teams met een mannelijke trainer/begeleider maken hier vooraf duidelijke afspraken over.
Gemengd
Vanaf de D-pupillen (12 jaar) komen er geen ouders meer in de kleedkamer om kinderen te helpen met omkleden, verkleden en douchen. Dit geldt zowel voor, tijdens als na de wedstrijd. De coach/begeleider zullen hierbij, indien nog nodig, een helpende hand moeten bieden. Meisjes moeten de mogelijkheid hebben om apart te douchen.
Algemeen
Mensen die niets te maken hebben met een team hebben sowieso géén toegang tot de kleedkamers. Dit geldt voor zowel volwassenen als voor spelers van andere elftallen.
Het is niet toegestaan om foto’s of filmopnames te maken in de kleedkamer. Daarom is het gebruik van mobiele telefoons of andere media apparatuur met dat doel verboden in de kleedkamers.
Gedragsregels voor begeleiders volgens NOC*NSF
De gedragsregels zijn door NOC*NSF opgesteld om ongewenst gedrag in de relatie sporter en trainer/begeleider te verkleinen. Alle sportbonden, aangesloten bij NOC*NSF, hebben deze gedragsregels overgenomen in hun tuchtrecht. Daarnaast fungeren deze gedragsregels als toetssteen voor het gedrag van begeleiders en sporters in concrete situaties. Alle sportbonden, die zijn aangesloten bij het NOC*NSF (dus ook de KNVB), hebben deze gedragsregels overgenomen in hun tuchtrecht. Voor begeleiders is het belangrijk dat zij weten wat deze gedragsregels zijn en dat deze ook voor hen gelden.
- De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig voelt.
- De begeleider onthoudt zich ervan de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privéleven van de sporter door te dringen dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doel.
- De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of seksuele intimidatie tegenover de sporter.
- Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
- De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of de begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten.
- De begeleider onthoudt zich van seksueel getinte verbale intimiteiten.
- De begeleider zal tijdens trainingen, wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer.
- De begeleider heeft de plicht de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.
- De begeleider zal de sporter en/of diens ouders of verzorgers geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financiële beloning of geschenken van de sporter en/of diens ouders of verzorgers die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan.
- De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien hij gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze regels zal hij de betreffende persoon daarop aanspreken.
- In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.